Schriftelijk verkeersexamen

Theoretisch examen

Voor Veilig Verkeer Nederland is het belangrijkste doel van verkeerseducatie dat kinderen zich veilig gedragen in het verkeer. De basis hiervoor is kennis bij kinderen van de wettelijke verkeersregels, maar belangrijker nog is dat kinderen inzicht hebben in hoe ze deze regels in de praktijk veilig kunnen toepassen. Hiervoor is theoretische instructie nodig, oefening en het opdoen van praktijkervaringen. De invalshoek vanuit welke VVN het VVN theoretisch Verkeersexamen samenstelt is ‘Veilig verkeersgedrag in de praktijk’. Dit geeft de volgende uitgangspunten:

  1. Het veilig toepassen van de regels, voor de kinderen zelf en voor anderen staat centraal. Bij een regel waarbij alternatief gedrag mogelijk is, wordt altijd gekozen voor het veiligste gedrag (voor henzelf en anderen).
  2. De inrichting van de openbare ruimte in Nederland komt niet altijd overeen met wettelijke vereisten. Toch moeten kinderen ook dan weten hoe ze hiermee om moeten gaan. De verkeerseducatie gaat dan ook uit van hoe de weg er in de praktijk uit ziet en hoe daar veilig te handelen, ongeacht of wegconstructies wel helemaal aan de wettelijke eisen voldoen.
  3. Het uitgangspunt van verkeerseducatie is altijd de situatie zoals kinderen die in de praktijk tegenkomen. Ook buitenspelen op straat is daar onderdeel van. Dergelijk gedrag dat formeel verboden is, maar wel vaak voorkomt, wordt in het lesmateriaal besproken en ook in het schriftelijk Verkeersexamen getoetst.
  4. Daarnaast wordt kinderen geleerd rekening te houden met fouten en vergissingen van anderen. Dat speelt vooral bij voorrang verlenen en voor laten gaan. Kinderen wordt geleerd altijd bedacht te zijn op andere weggebruikers die zich niet aan de regels houden.